Valletta
 

Valletta werd in 1798 veroverd door een Frans expeditieleger. Hun korte heerschappij werd niet gewaardeerd door de Maltese bevolking en uiteindelijk hielp deze dan ook de Britten bij het omverwerpen van de Fransen. 

De belegering van Malta duurde twee jaar vanaf 1798 totdat de Franse troepen gedwongen werden om zich terug te trekken in Valletta als gevolg van een opstand van de lokale bevolking. De Britten voerden een zeer effectieve zeeblokkade uit, waardoor de Fransen geen hand meer konden leggen op vitale hulpgoederen. In 1800 verlieten de Fransen de stad vanwege voedsel- en watertekorten en het uitbreken van ziektes. Tijdens de 164 jaar die daarop volgden, werd Malta bestuurd door de Britten.

Gedurende deze Britse periode onderging Valletta verschillende veranderingen op het gebied van constructie, onder andere de verbreding van straten en poorten en de bouw van een aantal opmerkelijke gebouwen waaronder de Kamer van Koophandel in Republic Street en het Royal Opera House in deze zelfde straat. Dit laatste gebouw, net als vele andere beroemde gebouwen in Valletta, werd helaas bijna in zijn geheel verwoest door de Duitse bombardementen in de Tweede Wereldoorlog, maar wordt momenteel gereconstrueerd aan de hand van een ontwerp van de beroemde Italiaanse architect Renzo Piano.

Tijdens de Tweede Wereldoorlog werd Valletta door sommige van de hevigste bombardementen in Europa getroffen. Helaas werd daarbij een groot deel van haar onschatbare architectonische erfgoed met de grond gelijk gemaakt. Een periode van snelle wederopbouw vond plaats vlak na de oorlog.

Het moderne Valletta staat op de UNESCO werelderfgoedlijst en illustreert Benjamin Disraeli's beschrijving tot in de puntjes: 'een stad van paleizen, gebouwd door en voor echte heren'. 

 

 

 

 

 

1